
De EU wil het reizen vanaf 1 februari sterk vereenvoudigen. Volgens meerdere bronnen zijn de deelstaten overeengekomen dat vanaf februari niet meer bepalend is waar een reis begint, maar of er een geldig vaccinatie-, test- of herstellingscertificaat voorhanden is. Met andere woorden, het EU-certificaat zal in de toekomst volstaan om toegang te krijgen.
‘We kunnen alleen maar toejuichen dat Europa verdere stappen neemt om de reisbeperkingen zoveel mogelijk te harmoniseren en te beperken’, aldus Jan Van Steen, lid van het executive board van ECTAA, de European Travel Agents’ and Tour Operators’ Associations.
Dit besluit is bedoeld om alle aanvullende inreismaatregelen waartoe de landen onlangs hadden besloten, te beperken – al blijft het een lokale beslissingsbevoegdheid.
‘Het EU Digital COVID Certificate was ongetwijfeld een belangrijke stap in de goede richting. Nu wordt het tijd om alle reisbeperkingen op te heffen en het vrij verkeer binnen Europa terug te normaliseren’, aldus Van Steen. ‘Er is een grote vraag vanuit de reizigers om terug, zonder beperkingen, te kunnen reizen en naarmate een Covid-19 variant dominant wordt, zijn reisbeperkingen niet langer nuttig.’
Een bijkomende beslissing die genomen werd gaat over de geldigheid van de vaccinatie. Men wil de geldigheidsduur van de vaccinatie harmoniseren en vaststellen op 270 dagen.
In het kader van de overeenkomst zullen vanaf februari naast de in de EU goedgekeurde vaccins tegen Covid-19 ook ‘door de WHO of nationale autoriteiten aanvaarde middelen’ worden erkend, bevestigt een bron met kennis van zaken over het dossier.
Wie niet gevaccineerd is, kan met een test het land binnenkomen. De PCR-test moet op zijn vroegst 72 uur vooraf zijn gedaan, een sneltest op zijn vroegst 24 uur voor de reis. Binnenkomst met een herstelcertificaat is ook mogelijk; volgens het EU-besluit moet deze 180 dagen geldig zijn. Er moeten uitzonderingen zijn voor kinderen.
Er mogen geen verdere beperkingen zijn. ‘Het minste wat we allemaal mogen verwachten is dat de lidstaten deze aanbeveling ook uitvoeren’, aldus een woordvoerder van de EU-Commissie. Of de staten deze aanbeveling zullen opvolgen, valt nog te bezien.