De vrachtoperaties van Air Belgium staan op het punt om overgenomen te worden door een internationale groep, bleek vorige week al uit een overnamebod. Maar als de deal wordt goedgekeurd, gaat dit gepaard met een hoge menselijke kost. Slechts 147 van de huidige 401 medewerkers zullen hun baan behouden.
De verkoop van het noodlijdende Air Belgium verloopt moeizaam. Ondanks inspanningen om de toekomst van het bedrijf veilig te stellen, toonde slechts één partij serieuze interesse in een deel van de activiteiten. Het gaat om een consortium dat bestaat uit de Nederlandse holding Peso Aviation Management en Air One Holding International, een speler die wereldwijd actief is met een aanzienlijke vrachtvloot en reeds bedrijven heeft in Engeland, Roemenië en Moldavië.
Het consortium wil 800.000 euro betalen voor de vrachtactiviteiten van Air Belgium. Een belangrijke voorwaarde van de deal is dat de twee vliegtuigen die momenteel door Air Belgium worden geleased, beschikbaar blijven voor de nieuwe eigenaar. Dit vereist nog een groen licht van de Chinese aandeelhouder Sichuan Airlines.
Hoewel de vrachtdivisie mogelijks gered wordt, zal de personeelsbezetting drastisch krimpen. Slechts 147 medewerkers kunnen blijven, wat betekent dat 202 mensen hun baan verliezen. Vooral het cabinepersoneel, dat sinds de stopzetting van de passagiersvluchten in september 2023 technisch werkloos thuis zit, wordt zwaar getroffen: alle 130 werknemers verliezen definitief hun job.
Voor de overname definitief kan doorgaan, moeten het directoraat-generaal Luchtvaart van de FOD Mobiliteit en de ondernemingsrechtbank in Nijvel hun goedkeuring geven. De rechtbank zal zich op 12 december uitspreken. De procedure kan drie à vier maanden duren. In die periode blijft Air Belgium cargovluchten uitvoeren. Als de rechtbank groen licht geeft, zou de procedure aan het einde van het eerste kwartaal van volgend jaar rond moeten zijn. Pas dan zou het consortium de vrachtoperaties in zijn netwerk geïntegreerd hebben, met Air Belgium als nieuwe dochteronderneming.
